Acute pijn is pijn die plotseling ontstaat en relatief kort duurt (enkele uren, dagen of weken) zoals:
- buikpijn
- gewrichtspijn, acute (bij -onsteking, -slijtage, reuma)
- hoofdpijn
- jicht-aanval
- kiespijn
- kolieken (nieren, galblaas)
- menstruatiepijn
- migraine-aanval
- pijn tijdens of na operatieve ingrepen (= post-operatieve pijn)
- spierkrampen (-spasmen)
- spierpijn (na inspanning, bij griep, spit)
- maagpijn
- tandpijn
- weefselpijn (na verwondingen, kneuzingen, verrekkingen, operaties, etc.)

Mogelijke oorzaken (o.a.)
Verwondingen, abcessen (pus-ophopingen), plaatselijke druk door vochtophoping, kneuzingen, verrekkingen, krampen, kolieken en ontstekingen. Er komen dan stoffen vrij die de pijnreceptoren van de gevoelszenuwen prikkelen.

Mogelijke behandelingen (o.a.)
- wegnemen van de oorzaak (= causale/curatieve pijnbestrijding)
- bestrijding van de pijn (= verzachtende of palliatieve pijnbestrijding): behandeling is geheel afhankelijk van de aard, hevigheid en last van de pijn: pijnstillers (= analgetica).

NB.
Bij hevige pijn kan het gebruik van opium-achtige pijnstillers (= opioïden) worden overwogen. Ook kunnen combinaties van eenvoudige en sterke pijnstillers worden toegepast.

Terug naar pijn