Met of zonder recept

Dit medicijn is uitsluitend op recept verkrijgbaar (= UR-geneesmiddel).

Registratienummer (RVG-nummer)

RVG 10873
RVG 15927
RVG 21170

Werkzame stof

Busereline

Geneesmiddelgroep

Hypothalamus-hormonen

Samenstelling

Implantatiestift voor s.c. toediening 'Depot' 6,3 mg; wegwerpspuit.

Implantatiestift voor s.c. toediening 'Depot 3 maanden' 9,45 mg; wegwerpspuit.

Neusspray 0,1 mg/dosis; flacon 10 ml (100 doses) met doseerpomp. Conserveermiddel: benzalkoniumchloride.


Fabrikant/Leverancier

Aventis Pharma BV

Euro Registratie Collectief B.V (parallel import)
RVG 24326//15927

Dr. Fisher Farma B.V. (parallel import)
RVG 33871//21170

Wanneer gebruiken? Toepassingen (= indicaties) o.a.

Prostaatkanker (prostaat-carcinoom)

Onvruchtbaarheid , bij de vrouw

Algemeen

Lees ook de bijsluiter voor informatie over de toepassing van dit medicijn.

Wanneer niet gebruiken?

Overgevoeligheid of allergie voor dit medicijn of voor een van de bestanddelen (o.a. benzalkoniumchloride)

Zwangerschap

Zwangerschap en borstvoeding

Dit medicijn niet gebruiken tijdens zwangerschap en voor of tijdens de bevalling.

Tijdens gebruik van dit medicijn geen hormonale anticonceptiva (= 'de pil') gebruiken.

Gedurende tenminste de eerste twee maanden van gebruik van dit medicijn zwangerschap voorkomende (= anticonceptieve) maatregelen nemen (o.a. condooms, spiraaltje of zaaddodende pasta). Daarna is de kans op zwangerschap vanwege de werking van dit medicijn erg klein.

Bij zwangerschap direct stoppen met het gebruik van dit medicijn.

Borstvoeding

Tijdens gebruik van dit medicijn geen borstvoeding geven.

Algemeen

Sommige medicijnen kunnen een schadelijke invloed hebben op het verloop van de zwangerschap of op de ongeboren vrucht. Van veel medicijnen is dat echter nog niet precies bekend.

Heel wat wat medicijnen komen in de moedermelk terecht en bereiken zo de zuigeling.
Gebruik daarom tijdens zwangerschap of borstvoeding alleen medicijnen op doktersrecept.

Vertel ook een vervangende arts of een medisch specialist wanneer u van plan bent zwanger te worden, al zwanger bent of borstvoeding geeft. Hiermee kunt u voorkómen dat u medicijnen krijgt voorgeschreven, die niet mogen worden gebruikt tijdens zwangerschap of borstvoeding.

Raadpleeg eerst uw arts wanneer u van plan bent tijdens de zwangerschap of borstvoeding oude medicijnen, zelfzorg-medicijnen of alternatieve middelen te gebruiken.

Lees ook de patiëntenbijsluiter voor informatie over het gebruik van dit medicijn tijdens zwangerschap of borstvoeding.

Verkeer, werk en sport

Dit medicijn kan met name bij de man als mogelijke bijwerking o.a. duizeligheid veroorzaken.

Hiervan kunnen allerlei dagelijkse activiteiten, zoals bezigheden in en rond het huis, deelname aan het verkeer en het bedienen of besturen van machines, ernstige hinder ondervinden.

Hoe werkt het?

Dit medicijn heeft een werking die vergelijkbaar is met het hypothalamus-hormoon gonadoreline (= LH-RH). Het stimuleert de hypofyse tot productie en afgifte van follikel stimulerend hormoon (= FSH) en luteïniserend hormoon (= LH). Deze hormonen bevorderen bij de vrouw de eisprong (= ovulatie) en bij de man de ontwikkeling van de testes en de zaadproductie.

Bij voortgezet gebruik van dit medicijn daalt bij de man de productie van testosteron, waardoor onvruchtbaarheid (= infertiliteit) kan ontstaan.

Bij de vrouw daalt bij voortgezet gebruik van dit medicijn de productie van oestrogenen en progestagenen, waardoor de ovulatie (= eisprong) wordt geremd.

Algemeen

Lees ook de patiëntenbijsluiter voor informatie over de werking van dit middel.

Bijwerkingen

Neusspray:

Irritatie van de neus

Neusbloedingen

Na injectie:

Irritatie, pijn, zwellingen, huiduitslag en onderhuidse bloeduitstorting (= hematoom) op de plaats van injectie.

Bij de vrouw:

Borsten, pijnlijke

Botweefsel-verlies, van bepaalde botten (= trabeculair botweefsel)

Depressie

Doorbraakbloedingen, na de eerste weken van gebruik

Droge vagina

Gevoelsstoornissen van de tastzin (= paresthesieën)

Geslachtsgemeenschap (= coïtus), pijnlijk (= dyspareunie)

Kloppingen (= palpitaties)

Haaruitval(= alopecia)

Hoofdpijn

Huid, overmatige beharing (= hirsutisme)

Menstruatie: klachten voorafgaande aan de menstruatie (= premenstrueel syndroom)

Misselijkheid

Onttrekkingsbloedingen, gedurende de eerste weken van gebruik

Opvliegingen

Ovariumkysten

Overgevoeligheidsreacties, o.a. jeuk en huiduitslag (urticaria)

Slaapstoornissen

Vermoeidheid

Vochtophoping in de ledematen (= perifeer oedeem)

Zweten

Bij de man:

Bloeddrukverhoging (= hypertensie), ernstige; wanneer al bloeddrukverhoging bestaat

Braken

Diarree

Duizeligheid

Gewichtsveranderingen

Hoofdpijn

Misselijkheid

Opvliegingen

Seks, zin in (= libido), verminderd

Vochtophoping, rond enkels en kuiten (= perifeer oedeem), wanneer ook bloeddrukverhoging (= hypertensie) bestaat

Wisselwerkingen

Er zijn voor zover bekend bij gebruik volgens voorschrift geen wisselwerkingen van betekenis met andere medicijnen, voedsel, dranken of andere stoffen.

Hoe te gebruiken?

Zie etiket en de gebruiksaanwijzing in de bijsluiter.

Hoe te bewaren?

In de verpakking bij kamertemperatuur.

Medicatietrouw

In de praktijk wordt maar liefst 50% van alle medicijnen niet, onvoldoende of verkeerd gebruikt! Het gebruik van medicijnen is echter alleen zinvol wanneer ze correct worden gebruikt. Dat wil zeggen nauwkeurig volgens het voorschrift van de arts.

Wanneer u geen of te weinig medicijn gebruikt (= onderdosering), kan het zijn dat de klachten niet verdwijnen en langer duren dan nodig is of zelfs verergeren. Gebruik daarom niet minder medicijn dan is voorgeschreven.

Wanneer u te veel medicijn gebruikt (= overdosering), kan dat leiden tot ongewenste bijwerkingen en zelfs tot ziekenhuisopname. Gebruik daarom niet méér medicijn dan is voorgeschreven.

Overleg altijd eerst met uw arts voordat u stopt met het gebruik van dit medicijn of wanneer u van plan bent de dosering te veranderen.

Vraag uw arts of apotheker om uitleg als u niet precies (meer) weet hoe u uw medicijnen moet gebruiken of wanneer u dat bent vergeten.

Zelf combineren van medicijnen

Combineer recept-medicijnen niet op eigen initiatief met oude medicijnen, die u heeft bewaard, of met zelfzorg-medicijnen. Dit kan namelijk leiden tot ongewenste wisselwerkingen (= interacties).

Vraag eerst advies aan uw arts of apotheker als u naast de medicijnen van de dokter nog andere medicijnen wilt gebruiken.

Vertrouwen in de medicijnen

Voor een goed resultaat is het van groot belang dat u vertrouwen in uw medicijnen heeft. In de praktijk is gebleken dat bij onvoldoende vertrouwen in de medicijnen het gebruik ervan vaak slecht is (= medicatie-ontrouw).

Wanneer u denkt dat u het verkeerde medicijn heeft gekregen, bang voor bijwerkingen bent of denkt dat de medicijnen, die u heeft gekregen, niet of niet voldoende helpen , kan dat uw vertrouwen in de medicijnen ernstig ondermijnen. In dat geval kunt u het beste contact opnemen met uw (huis)arts of apotheker om te bespreken of doorgaan met die medicijnen wel zinvol is.

Bespreek eventuele problemen met betrekking tot uw medicijnen altijd met uw arts of apotheker. Deze kunnen dan uw ongerustheid weg nemen of bekijken of u misschien andere medicijnen nodig heeft.

Medicatiebegeleiding

Gebruik dit middel nauwkeurig volgens voorschrift van uw arts.

Wijk niet af van het voorschrift als de werking u tegenvalt of als u geen klachten (meer) heeft. Ook dan moet u de medicijnen tot de volgende controle volgens voorschrift blijven gebruiken. Overleg daarom altijd eerst met uw arts wanneer u van het voorschrift wil afwijken.

Bespreek uw ervaringen en eventuele problemen met dit medicijn regelmatig met uw arts tijdens de controles. Vertel uw arts ook of u wél of niet tevreden bent met het voorgeschreven medicijn. Die kan dan bijvoorbeeld bekijken of de dosering moet worden aangepast of dat u (nog) andere medicijnen nodig heeft.

Als u problemen met het gebruik heeft of niet (meer) weet hoe u dit middel moet gebruiken, kunt u dat ook met uw apotheker bespreken.

Vergoeding of zelf betalen?

Dit medicijn is alleen op doktersrecept verkrijgbaar en wordt daarom vergoed volgens de daarvoor geldende regels van de overheid en uw zorgverzekeraar .

Meer informatie

Bijsluiter bij Suprefact®

Bijzonderheden

De neusspray en de injectievloeistof bevatten benzalkoniumchloride als conserveermiddel.

Overdosering

Wij beschikken momenteel niet over informatie aangaande de mogelijke verschijnselen na overdosering met dit medicijn.
In principe is na overdosering ook de kans op bijwerkingen groter (zie aldaar).

Laatst bijgewerkt: 25 juli 2017