Het aantal mensen dat na een dotterbehandeling opnieuw een vernauwing krijgt in de kransslagaders, moet omlaag. De behandelingen zijn de afgelopen jaren flink verbeterd, maar het is nog niet goed genoeg. Dat zegt dr. Robert Jan van Geuns van het Thoraxcentrum van het Erasmus MC.
In Nederland ondergaan ruim 38 duizend mensen elk jaar een dotterbehandeling. Daarbij wordt de vernauwing in de kransslager stopgezet door een ballonnetje in de aderen op te blazen en de anderen eventueel te ?stutten? met een stent. Door (onder andere) deze behandeling is de sterfte aan hart- en vaatziekten aanzienlijk gedaald.
Toch komt tussen de 10 en 20 procent van de mensen terug, omdat er weer een vernauwing zit in de kransslagader. Dit komt bijvoorbeeld doordat het lichaam het metaal van de stent niet accepteert en weefsel gaat aanmaken. De oplossing kan een oplosbare stent zijn. De eerste studies zijn positief, maar er lopen ook nog steeds onderzoeken.
Top Dossiers